
De eerste regel van de pauselijke dictaten van Gregorius VII.
Een hoogtepunt uit de middeleeuwen: de Dictatus Papae van Sint-Gregorius VII
Het pontificaat van Sint-Gregorius VII (1073-1085) (geboren als Hildebrand van Soana) vormt een van de hoogtepunten van de christelijke middeleeuwen. Het hoogtepunt van zijn pontificaat is de Dictatus Papae, een verzameling van zevenentwintig uitspraken waarin de voorrechten van de paus en zijn relatie met het wereldlijke gezag worden gedefinieerd.
Paus boven keizer
Daarin verkondigde paus Sint-Gregorius de superioriteit van de paus boven de keizer op religieus en moreel gebied. Hij bevestigde voor het pausdom de rol van hoogste en meest vooraanstaande macht op aarde. Dit werk werd waarschijnlijk geschreven tussen 1075 en 1078, op het hoogtepunt van het bittere conflict met de Duitse heerser Hendrik IV. Op dat moment was koning Hendrik nog geen keizer van het Heilige Roomse Rijk. Niettemin had hij al de zogenaamde investituurstrijd tegen de Kerk begonnen.
Wat zeggen de pauselijke dictaten
“De paus van Rome”, bevestigt Sint Gregorius VII, “wordt terecht universeel genoemd” (n. 2); “zijn titel is uniek in de wereld” (n. 11); “niemand kan een verklaring van hem herzien; omgekeerd kan hij elke verklaring van iemand anders herzien” (n. 18); “niemand kan over hem oordelen” (n. 19); “de Roomse Kerk heeft nooit geërfd en zal ook voor eeuwig nooit geërfd hebben, volgens het getuigenis van de Schrift” (nr. 22); bovendien “is het de paus toegestaan keizers af te zetten” (nr. 12) en “kan hij onderdanen ontslaan van hun trouw aan de goddelozen” (nr. 27).
Lees ook: Hendrik de Goede: de enige keizer die heilig is verklaard
Gebaseerd op het Petrusmandaat
Theologisch gezien verwerpt Sint-Gregorius, door een beroep te doen op zijn rol als universele herder, de bewering dat de pauselijke troon koningen niet kan excommuniceren of hun onderdanen kan ontslaan van hun trouw. De leer van Sint-Gregorius VII is gebaseerd op de woorden waarmee Onze Lieve Heer Sint-Petrus de macht gaf om zowel op aarde als in de hemel te binden en te ontbinden, en op verschillende passages van paus Sint-Gregorius de Grote en andere schrijvers. Hij vroeg zich af hoe het mogelijk was te beweren dat hij die de macht heeft om de poorten van de hemel te openen en te sluiten, niet de macht heeft om over de zaken van deze wereld te oordelen.
Alles onderworpen aan de heilige Petrus
Volgens Sint-Gregorius was Sint-Petrus aangesteld als soeverein over de koninkrijken van de wereld. Aan hem onderwierp God alle vorstendommen en machten van de aarde, en verleende hem de macht om te binden en te ontbinden in de hemel en op aarde. Koningen en keizers zijn niet vrijgesteld van de goddelijke en natuurlijke wetten waaraan alle mensen onderworpen zijn en waarvan de Kerk de hoedster is.
Lees ook: Sint-Petrus was een heilige, niet een tiran
Duitse koning werd de laan uitgestuurd
Tijdens de synode van februari 1076 ontsloeg en excommuniceerde paus Sint-Gregorius VII, in overeenstemming met deze beweringen, de Duitse koning Hendrik IV. Daarbij ontsloeg Sint-Gregorius ook de onderdanen van koning Hendrik van hun eed van trouw. De excommunicatie en afzetting van koning Hendrik werden hernieuwd tijdens de Romeinse synode van 1080, toen paus Sint-Gregorius de verkiezing van Rudolf van Zwaben tot keizer bevestigde.
Vierhonderd bisschoppen braken hun kaars
In 1119 werd de aartsbisschop van Wenen, Guy van Bourgondië, in Cluny tot paus gekozen onder de naam Callixtus II (1119-1124). Hij beriep zich op de leer van paus Gregorius VII. Op 29 en 30 oktober van datzelfde jaar vond in Reims een grote synode plaats in aanwezigheid van meer dan 400 bisschoppen. Daar hernieuwde de paus de veroordeling van keizer Hendrik V, zoon van Hendrik IV. Toen de paus de woorden van excommunicatie uitsprak, braken de vierhonderd bisschoppen de kaarsen die zij vasthielden.
Triomf van de Heilige Stoel
Later maakte het Concordaat van Worms (1122) een einde aan de investituurstrijd. Het erkende de directe universele suprematie van de Kerk op spiritueel vlak en haar indirecte macht op wereldlijk vlak. Callixtus II hield vervolgens in maart 1123 het Negende Oecumenische Concilie in Lateranen. Het was ook de eerste vergadering van alle bisschoppen die in het Westen werd gehouden. Daar werd de nieuwe overeenkomst tussen de Kerk en het Keizerrijk plechtig bevestigd.
Kerkrechtelijke grondslag van de kruistochten
De achtste stelling van de Dictatus Papae, volgens welke “alleen de paus de keizerlijke insignes mag gebruiken”, heeft door de eeuwen heen tot controverse geleid. Toch vat deze stelling de hele politieke theologie van de middeleeuwen samen. De Kerk is niet alleen de hoogste geestelijke autoriteit, maar ook de bron van keizerlijke autoriteit. De Kerk beschikt over twee dwangmiddelen. Het eerste is geestelijk, Kerkelijke censuur. Het tweede is materieel, het recht op vis armata. Dit vormt de Kerkrechtelijke grondslag van de kruistochten, zoals afgekondigd door de pausen in naam van dit gezag.
Sint-Bernardus van Clairvaux
Deze stelling werd later onder andere verwoord door Sint-Bernardus van Clairvaux toen hij in de verhandeling De consideratione paus Eugenius III eraan herinnerde dat beide zwaarden – het geestelijke en het materiële – toebehoren aan de paus en de Kerk. Deze relatie wordt weergegeven in de kunst van die periode. De paus wordt altijd bovenaan afgebeeld en de keizer staat een trede lager aan zijn linkerhand. Onder de keizer staan alle koningen en vorsten van de wereldlijke sfeer. Vervolgens beeldt de kunstenaar geleidelijk aan alle leden van de katholieke hiërarchie af die de geestelijke sfeer besturen.
Excommunicatie van de Engelse vorst
De macht om vorsten te excommuniceren en af te zetten, die verder reikt dan de middeleeuwen, vloeit voort uit deze leer. In 1535 verklaarde paus Paulus III koning Hendrik VIII van Engeland van zijn koninkrijk beroofd. Op 25 februari 1570 vaardigde de heilige Pius V een verklaring uit tegen koningin Elizabeth Tudor, waarin hij haar, in naam van de hem verleende bevoegdheden, schuldig verklaarde aan ketterij. Vervolgens werd zij geëxcommuniceerd en beroofd van haar vermeende recht op de Engelse kroon. Haar onderdanen waren niet langer aan haar gebonden door een eed van trouw. Het was hun zelfs verboden haar te gehoorzamen op straffe van excommunicatie.
Sint-Robertus Bellarminus
In het vijfde boek over De Romano Pontifice legt Sint-Robertus Bellarminus uit dat het goddelijke recht de paus geen directe wereldlijke jurisdictie geeft. Hij bezit echter wel een uitgebreide indirecte jurisdictie. De jezuïtische doctor baseert deze conclusie ook op de Dictatus Papae van Sint-Gregorius VII. Twee eminente twintigste-eeuwse juristen, pater Luigi Cappello en kardinaal Alfredo Ottaviani, beschouwden dit als het standpunt van het leergezag van de Kerk, zoals beschreven in hun handboeken over Kerkelijk publiekrecht, waarmee de geestelijken tot voor kort werden onderwezen. Kardinaal Alfonso Maria Stickler bevestigde dit ook in zijn studies over de geschiedenis van het canoniek recht.
Essentiële tekst van de Kerk
De bevoegdheid om een vorst te excommuniceren en af te zetten vloeit voort uit de plenitudo potestatis van de Kerk, die is gebaseerd op haar bevoegdheid om te binden en te ontbinden. De Dictatus Papae van paus Sint-Gregorius VII is, net als andere beroemde documenten zoals de bul Unam Sanctam van paus Bonifatius VIII en de Syllabus van de zalige Pius IX, een essentiële tekst om het denken van de Kerk over de relatie tussen de geestelijke en de wereldlijke orde te begrijpen.
Het epos van de kruistochten
De heilige Gregorius VII gaf zijn naam aan de meest ingrijpende hervorming van de Kerk in de middeleeuwen. Het was een echte spirituele en morele hervorming, eveneens gebaseerd op de volledige macht van de plaatsvervanger van Christus, de plenitudo potestatis. Paus Gregorius VII had zijn spirituele hervorming graag voltooid door een grote kruistocht tegen de ongelovigen uit te roepen. Die taak kwam echter terecht bij zijn opvolger (een van zijn discipelen), de zalige Urbanus II, een benedictijn van Cluny, die de eer had deze uit te roepen. Het epos van de kruistochten is ontstaan uit de geest van de Gregoriaanse en Cluniacense hervorming onder het motto Deus vult ('God wil het'). Dit meest illustere hoofdstuk uit de geschiedenis van de Kerk speelde zich af tussen de elfde en dertiende eeuw.
Dit artikel verscheen eerder op tfp.org.
Laatst bijgewerkt: 10 oktober 2025 08:32